Groenbemesters kunnen op veel verschillende manieren worden bewerkt en ingewerkt. Wanneer en hoe de groenbemester wordt bewerkt is van veel factoren afhankelijk en zeer plaats- en situatie specifi ek. Voor alle teeltdoelen geldt dat het goed is de groenbemester zo lang als mogelijk is te laten staan, mits er geen reden is de groenbemester eerder te bewerken zoals bijvoorbeeld bij een te hoge onkruiddruk of in het zaad komen van de groenbemester. Bij een kerende grondbewerking (ploegen of spitten) zal de groenbemester op zwaardere gronden meestal in het najaar ingewerkt worden en op lichtere gronden in het voorjaar. In beide gevallen kan een voorbewerking nodig zijn o.a. vanwege betere verdeling in de bodem, betere vertering, bestrijden van onkruid, voorkomen van hergroei en/of vorming van kiemkrachtig zaad. Het type en tijdstip van de voorbewerking kan weer verschillen afhankelijk van het doel van voorbewerken, de ontwikkelde massa van de groenbemester zowel boven- als ondergronds en de weersomstandigheden. Bij niet kerende grondbewerking kan de groenbemester tot in het voorjaar blijven staan. Het tijdstip en de methode van bewerken is dan vooral afhankelijk van het type volggewas. Het gaat dan om de vroegheid van het volggewas, wordt deze gezaaid, gepoot of geplant, wanneer heeft het volggewas stikstof nodig en de beschikbare mechanisatie voor bewerken en zaaien, poten of planten.